HAND TRAUMA 24/24 fr en

Laterale epicondylitis, ook ‘tenniselleboog’

Laterale epicondylitis, ook ‘tenniselleboog’ genoemd, ontstaat door het aftakelen van de pezen van de elleboogspieren die dienen om de pols en de vingers te strekken.

Deze aandoening komt vooral voor bij personen van 30 tot 50 jaar en kan verergeren of beïnvloed worden door repeterende bewegingen van het dagdagelijkse leven.


Tenniselleboog: symptomen en diagnose

De patiënt klaagt over stekende pijn aan de laterale zijde van de elleboog. De pijn is erger bij het optillen van voorwerpen. Stijfheid en pijn kunnen ervaren worden wanneer de elleboog gestrekt wordt, vooral ‘s ochtends. Het strekken van de pols en de vingers wanneer er weerstand wordt geboden, is bijzonder pijnlijk.


Tenniselleboog: behandelingen en evolutie

Medische behandeling

Meer dan 90% van de patiënten is zonder enige behandeling na 9 à 12 maanden genezen.
Immobilisatie met behulp van een polsbrace kan de pijn aanzienlijk verminderen.
Lokale injecties met corticosteroïden verlichten de symptomen gedurende enkele weken, maar verbeteren het eindresultaat niet.

Chirurgische behandeling

Een chirurgische ingreep kan overwogen worden bij patiënten bij wie de medische behandeling geen verbetering heeft opgeleverd.

De ingreep vindt plaats onder locoregionale anesthesie tijdens een dagopname. Ter hoogte van de elleboog wordt een incisie gemaakt om de ontstoken pezen vrij te maken.

Na de operatie wordt de elleboog niet geïmmobiliseerd en kunnen de activiteiten hervat worden voor zover de pijn dit toelaat.
In 80 tot 90% van de gevallen is het resultaat gegarandeerd.