HAND TRAUMA 24/24 fr en

De carpale tunnel

De carpale tunnel ligt tussen de handwortelbeentjes en het annulaire ligament van de handwortel. In deze tunnel liggen de middelste armzenuw (nervus medianus), die instaat voor de gevoeligheid van de duim, wijsvinger en middenvinger, en negen pezen.
Compressie van de middelste armzenuw ter hoogte van de pols treedt gewoonlijk op zonder duidelijke oorzaak , maar kan te wijten zijn aan een fractuur, intense handenarbeid, sport, endocriene stoornissen (diabetes, hypothyreoïdie, vitamine B6-tekort, obesitas enz.), zwangerschap, borstvoeding of eender welke hormonale verandering.


Carpaletunnelsyndroom: symptomen en diagnose

Het carpaletunnelsyndroom komt voornamelijk voor bij volwassenen, vaak bij vrouwen van 40 tot 50 jaar. De getroffen personen klagen over tintelingen in de vingertoppen, waardoor ze ‘s nachts wakker worden. Dit verschijnsel wordt nachtelijke ‘acroparesthesie’ genoemd.
Vaak zijn beide handen gelijktijdig aangetast.

De patiënten kunnen overdag ook het gevoel hebben dat er mieren over hun vingers lopen, waardoor ze soms voorwerpen laten vallen.
Pijn in de pols kan optreden en uitstralen naar de elleboog of zelfs de schouder.

Het klinisch onderzoek is van essentieel belang om de graad van de aandoening te bepalen.
Een elektromyografie is eveneens nodig om de elektrische activiteit van de zenuw te evalueren en zo de diagnose te bevestigen. Er worden elektroden in de huid ingebracht om de impuls die door de zenuw wordt overgedragen, te meten. Op basis van de resultaten van het onderzoek zal de arts het stadium van de aandoening kunnen bepalen en de beste behandeling kunnen voorschrijven.


Carpaletunnelsyndroom: behandeling en evolutie

Medische behandeling

Een medische behandeling, waarbij de activiteiten in de mate van het mogelijke worden aangepast, kan worden uitgeprobeerd alvorens men overgaat tot een ingreep. De patiënt zal ‘s nachts een brace moeten dragen en eventueel inspuitingen krijgen.

Chirurgische behandeling

Tijdens de operatie wordt de carpale tunnel die onder druk staat, vrijgemaakt. Dit is de meest voorkomende ingreep in de handchirurgie (5% van de volwassen bevolking).
De ingreep vindt plaats tijdens een dagopname, meestal onder lokale anesthesie. Er moet slechts een kleine incisie ter hoogte van de handpalm worden gemaakt.

Het verband wordt de volgende ochtend of de ochtend erna vervangen. Gips is niet nodig, want actieve mobilisatie van de vingers wordt zo snel mogelijk aangemoedigd. Zo kan de mobiliteit teruggewonnen worden dankzij willekeurige spiercontracties.

De postoperatieve pijn kan verlicht worden met paracetamol (Dafalgan, Panadol enz.).

Het verband moet een tiental dagen droog blijven.

Als de mobilisatie van de vingers correct werd uitgevoerd, is geen kinesitherapie nodig.

Al vanaf de eerste nacht treedt er ‘s nachts geen pijn meer op.

De tintelingen overdag kunnen soms aanhouden al naargelang van de duur en de ernst van de compressie van de carpale tunnel vóór de operatie. Daarom is het belangrijk dat de ingreep plaatsvindt binnen een redelijke termijn.

Afhankelijk van het beroep worden 2 tot 8 weken arbeidsongeschiktheid aangeraden.